Nationale Park De Hoge Veluwe
Nationale Park De Hoge Veluwe
Locatie | : | Otterlo en Hoenderloo |
Periode: 1935 tot heden
In 1909 kocht het echtpaar Anton en Helene Kröller-Müller hun eerste stuk grond (450 ha) op de Veluwe. Op dat eerste perceel stond een grote boerderij, Huize De Harskamp, waar de familie zo nu en dan woonde. Deze koop was het begin van een serie aankopen die tot 1921 door zou gaan. Anton Kröller was een succesvolle zakenman en een fervente jager.
Door ruiling en koop ontstond een aaneengesloten terrein van ruim zesduizend hectare. Een flink deel hiervan werd overgenomen van Mr. C.J. Sickesz, die eigenaar was van het landgoed Hoenderloo. Sickesz, tevens voorzitter van de Gelderse Maatschappij van Landbouw, was tientallen jaren daarvoor al initiatiefnemer tot ontginning van de woeste gronden in Hoenderloo en Otterlo. Anton Kröller, die zeer goed ingevoerd was in Haagse Kringen, sloot in 1914 een transactie waarbij hij in het bezit kwam van de publieke weg Otterlo-Hoenderloo. Als tegenprestatie liet hij voor het rijk een verharde weg aanleggen aan de noordzijde van zijn bezittingen (de huidige N304). Door het terrein te omheinen ontstond een schitterend afgesloten jachtgebied met heidevelden, vennen, bossen en zandverstuivingen.
Natuur en kunst
Samen hadden Anton en vooral Helene een ideaal: natuur en kunst samenbrengen in het belang van het algemeen. Vanaf 1910 werd er gewerkt aan de inrichting van een groot landschapspark en er werden dieren ingevoerd (moeflons, edelherten, wilde zwijnen en zelfs kangoeroes). Er werd een woonhuis voor de familie gebouwd: het jachthuis Sint Hubertus, er werden beeldhouwwerken in het park geplaatst, er werden plannen ontwikkeld voor een groot museum en bovenal werd er zeer veel kunst aangekocht. In de jaren twintig werd begonnen met de aanleg van een museumtuin ten noordwesten van de Franse Berg. Deze tuin vormde het begin van de inmiddels beroemde beeldentuin.
Schenking
Echter vanaf 1923 heerste er een ernstige economische crisis die ook aan de Kröllers niet voorbijging. Het wereldconcern van Anton, Wm H. Müller & Co, wankelde en alle activiteiten in het park werden gestaakt. Enkele jaren later kon men het bezit niet zelf meer in stand houden. In 1928 werd de kunstcollectie in een stichting ondergebracht, die deze enorme en waardevolle verzameling in 1935 aan de Staat schonk. Als tegenprestatie zou een museum hiervoor in het park worden gebouwd.
In datzelfde jaar werd het park ondergebracht in een stichting: Het Nationale Park De Hoge Veluwe. De Nederlandse Uitvoer Maatschappij (NUM) verleende hiervoor een rentedragende lening. De Kröllers bedongen dat zij op het landgoed mochten blijven wonen, waar Helene in 1939 en Anton in 1941 stierven en naast elkaar bij de Franse berg in het park werden begraven.
Erfgoed
De stichting Het nationale park De Hoge Veluwe heeft als doelstelling: het duurzaam in stand houden van het erfgoed van het echtpaar Kröller-Müller. Omdat het particulier bezit is ontvangt het park slechts minimale overheidssubsidies en daarom moet er entreegeld worden geheven. Ieder jaar bezoeken circa 500.000 bezoekers het park, voor een deel aangetrokken door het Museum Kröller-Müller. Het park is beperkt toegankelijk voor auto’s en openbaar vervoer. Op verschillende plaatsen in het park kan men gratis te gebruiken witte fietsen vinden, waarmee het park via 43 kilometer fietspad kan worden verkend (met de eigen fiets kan dit uiteraard ook).
Bezienswaardigheden
In het park De Hoge Veluwe bevinden zich vele educatieve en recreatieve plaatsen en gebouwen.
We noemen:
- Museum Kröller-Müller met veel moderne schilderijen en beeldhouwwerken. Het museum is wereldberoemd vanwege haar omvangrijke collectie van werken van Vincent van Gogh.
- De beeldentuin bij het museum is één van de grootste van Europa en herbergt een schitterende collectie (hedendaagse) sculpturen.
- In het bezoekerscentrum komt men met behulp van moderne interactieve middelen meer te weten over de natuur, het landschap, het wild, de cultuur en de historie van het park.
- Het Museonder is het eerste ondergrondse museum ter wereld. Het geeft een beeld van alles wat onder het aardoppervlak leeft en heeft geleefd.
- De landschapstuin achter het bezoekerscentrum geeft een overzicht van de verschillende landschappen in het park, via een goed toegankelijke route van 1,2 km.
- Het jachthuis Sint Hubertus is niet vrij toegankelijk, maar er zijn bijna dagelijks rondleidingen. In de winter zijn er speciale, uitgebreidere en vaak thematische, rondleidingen.
Het beheer van het park vindt nog steeds plaats in de geest van Anton en Helene Kröller-Müller: het park als natuurmonument behouden en daarbij ruimte bieden aan beeldende kunst en architectuur. Het stichtingsbestuur streeft naar een synergie tussen natuur en kunst.
Getoonde foto's:
GA10933 Hekwachterswoning bij ingang Otterlo
CO50336 Bezoekers voor het Museonder
Rubriek | : | Landbouw en visserij, natuurbeheer en milieu |
Trefwoorden | : | Bossen, Musea, Landgoederen, Natuur |
Geschreven door Henk M. Klaassen op 2009